Koopman en dominee

Onlangs was ik met genoegen te gast aan een diner van de Nederlandse ambassade in Roemenië. Ambassadeur Matthijs van Bonzel en handelsraad Hans Smaling ontvingen een delegatie uit Nederland, die bestond uit Eerste Kamer-voorzitter Fred de Graaf (VVD) en enkele andere prominente ondernemers en politici. Het bezoek vond plaats in de week voorafgaand aan een cruciale bijeenkomst van EU-ministers op 7 maart over onder meer de toetreding van Roemenië en Bulgarije tot de Schengenzone. Een positief besluit zou het mogelijk maken dat Roemenen en Bulgaren zich zonder grenscontroles binnen de Schengenzone kunnen bewegen.

Missie
Niet veel Nederlanders weten het: met zo’n zes miljard aan geïnvesteerd vermogen en met meer dan 4000 bedrijven is Nederland een van de grootste buitenlandse investeerder in Roemenië. Het bezoek stond dan ook in het teken van de hechte economische en politieke samenwerking tussen beide landen. Het gezelschap had afspraken met premier Victor Ponta, senaatsvoorzitter Antonescu en een lange reeks andere politici en bestuurders in de publieke en private sector. Een van de doelen van het bezoek was het uitbouwen van goodwill voor plannen om de hechte samenwerking tussen Nederlandse organisaties – waaronder de Rotterdamse haven – en de haven van Constanța aan de Zwarte Zee verder te intensiveren. In die samenwerking gaat het vooral om het optimaliseren van belangrijke regie- en managementprocessen in de haven van Constanța.

Rechtssysteem
Tijdens het eten onstond een interessante discussie. Wat was  – en is – de kwestie? EU-lid Roemenië staat op de nominatie om per 1 januari 2014 toe te treden tot de Schengen-zone van staten die de onderlinge grenscontroles afschaffen.  De grenzen van Roemenië met Oekraïne, Moldavië en Servië worden dan buitengrenzen van de EU. Toetreding is volgens de tekst van het verdrag van Schengen mogelijk zodra het land voldoet aan een aantal technische criteria rond zaken als grensposten en de opleiding van douanepersoneel. Binnen de EU werpt Nederland zich echter samen met Duitsland en Finland op als felle tegenstander van deze stap. De reden: Roemenië maakt niet genoeg haast met de invoering van een onafhankelijk rechtssysteem.

Invloed
In de discussie viel mij op dat ook in dit kleine gezelschap van zes Nederlanders in den vreemde de twee rollen van koopman en dominee helder naar voren kwamen. Aan de ene kant behartigt Nederland aanzienlijke economische belangen, bijvoorbeeld door het Rotterdamse havenbedrijf aan een strategische partner in Roemenië te helpen. Aan de andere kant probeert Nederland invloed uit te oefenen op de ontwikkeling van de Roemeense rechtsstaat met de toetreding tot Schengen als drukmiddel. Persoonlijk vind ik dit een mooi spanningsveld. Ik ben zelfs een beetje trots dat mijn land op een dergelijke manier positieve ontwikkelingen probeert te bewerkstelligen zonder zelfs maar de schijn van eigen belang. Integendeel. Zonder dat ik de wijsheid in pacht heb, lijkt de opstelling van Nederland mij een mooie uitzondering op de mentaliteit van landen als China, die overal lak aan hebben zolang er maar geld is te verdienen. Dit is waar een klein land groot in kan zijn.

Resultaten
Aan tafel kwam het niet tot consensus, maar iedereen was oprecht geïnteresseerd in de verschillende perspectieven op ontwikkeling en hun onderbouwing. Het maakte het etentje tot een geslaagde en inspirerende bijeenkomst. Enkele dagen later zou Nederland samen met enkele andere landen pleiten voor uitstel van het besluit over Schengen tot het einde van het jaar. Dan verschijnt er een nieuw rapport en beoordelen de EU-landen  de situatie opnieuw. En de intensivering van de samenwerking tussen de havens van Rotterdam en Constanța? Die komt er als je het mij vraagt ook.